09/09/2020
9 september 2020 deed de rechtbank in Den Haag uitspraak in de zaak die Dilani Butink aanspande tegen de Nederlandse staat en Stichting Kind en Toekomst. De conclusie van de rechtbank is dat de rechtsvorderingen van Dilani Butink verjaard zijn. Hierdoor zijn de vorderingen van Dilani Butink afgewezen.
Adoptie onder dubieuze omstandigheden
Dilani Butink is in 1992 in Sri Lanka geboren en geadopteerd door Nederlandse adoptieouders. Vergunninghouder Stichting Kind en Toekomst heeft destijds bij deze adoptie bemiddeld. Volgens Dilani zijn haar adoptiepapieren ondeugdelijk en is haar adoptie in Sri Lanka onder dubieuze omstandigheden tot stand gekomen. Ze heeft advocaat Lisa-Marie Komp in de arm genomen en de Nederlandse staat en de vergunninghouder aansprakelijk gesteld voor onrechtmatig handelen bij haar adoptie. Dilani stelt dat zij door toedoen of nalaten van de staat en de vergunninghouder het slachtoffer is geworden van illegale adoptiepraktijken, namelijk kinderhandel, in Sri Lanka.
Op 18 mei 2020 heeft de zitting bij de rechtbank Den Haag plaatsgevonden waarin de partijen hun standpunten omtrent de zaak naar voren hebben gebracht.
Geen inhoudelijke beoordeling door verjaring
Op woensdag 9 september heeft de rechtbank beoordeeld dat de vordering van Dilani Butink is verjaard. De rechtbank gaat daarom niet over op de inhoudelijke beoordeling van de zaak.
De voorzitter geeft aan dat de gebeurtenissen meer dan twintig jaar geleden hebben plaatsgevonden en op grond van de wet is daarmee de termijn verstreken waarbinnen Dilani haar aanspraken geldend kan maken.
De verjaringstermijn wordt in beginsel strikt gehanteerd, mede doordat er grote waarde wordt gehecht aan de rechtszekerheid. De rechtbank heeft getoetst of er in deze zaak een reden was om een uitzondering te maken op de in de wet gestelde verjaringstermijn maar kwam tot de eindconclusie dat er geen sprake is van zwaarwegende redenen om in dit geval ten koste van de rechtszekerheid van de verjaringstermijn af te wijken. Zij komen hier onder andere toe doordat de beschikbare informatie over de adoptie onvoldoende aanwijzingen bevat dat er destijds fouten zijn gemaakt.
De rechtbank geeft aan dat hoewel het vanuit het oogpunt van individuele gerechtigheid moeilijk aanvaardbaar is, de rechtszekerheid die de lange verjaringstermijn beoogt te dienen in dit geval boven de rechtsbescherming waarop Dilani Butink aanspraak maakt wordt gesteld.
Kamervragen over verjaring
Op 11 september hebben kamerleden Michiel van Nispen (SP) en Kees van der Staaij (SGP) kamervragen gesteld over de verjaringstermijn bij adoptie en het bewaren van adoptiedossiers. Deze vragen zijn gericht aan minister Sander Dekker van Rechtsbescherming.