Het onderzoek 'Gewoon gezellig met zo'n buik. Tienerzwangerschap bij meiden met een lichte verstandelijke beperking', is onderdeel van het project ‘Versterking preventie ongewenste zwangerschap’, dat door Rutgers, Soa Aids Nederland en Fiom uitgevoerd wordt van 2015 tot 2018, gefinancierd door het RIVM. Het project geeft een nieuwe impuls aan de verbetering van preventie en begeleiding van tienerzwangerschap in Nederland.
Samenvatting
Rutgers en Fiom hebben onderzoek gedaan naar tienerzwangerschap bij meiden met een lichte verstandelijke beperking (lvb). Dit onderzoek is een aanvulling op het onderzoek ‘In één klap volwassen’ naar tienerzwangerschap onder meiden zonder beperking (Cense & Dalmijn, 2016).
Het doel van het onderzoek is om inzicht te krijgen in de ervaringen van meiden met een lvb in de periode voorafgaand aan en tijdens de zwangerschap om zodoende preventie en begeleiding bij ongeplande tienerzwangerschap bij meiden met een lvb te verbeteren.
Hierbij wordt er niet alleen gekeken naar welke factoren bijdragen aan het ontstaan van een zwangerschap bij meiden met een lvb, maar ook naar hoe deze factoren samenhangen. Daarnaast worden de ervaringen met het maken van een keuze voor het afbreken of uitdragen van de zwangerschap in kaart gebracht en hoe tevreden meiden hier achteraf mee zijn.
In het onderzoek zijn 18 diepte-interviews gehouden met meiden met een lvb die in de tienerleeftijd zwanger zijn geworden en 15 interviews met professionals die met deze meiden te maken krijgen.
Uit de resultaten van het onderzoek komt een aantal belangrijke inzichten naar voren. Bij het ontstaan van de zwangerschap spelen gebrekkige kennis van veilige seks, een lage risico-perceptie, beperkte voorlichting en weinig steun van ouders en het gezin een rol. De meest invloedrijke factoren blijken echter een (latente) kinderwens en de afhankelijkheid van mannen in relaties. De wens om moeder te worden en het tevreden willen houden van een partner lopen als rode draad door de verhalen van de geïnterviewde meiden met een lvb.
Gekeken naar hoe de keuze tot stand komt voor het uitdragen of afbreken van de zwangerschap, blijkt dat er in weinig gevallen echt sprake was van een keuzeproces. Veel van de meiden wisten (vrij) snel dat zij de zwangerschap wilden uitdragen. Het afbreken van de zwangerschap werd alleen in een enkel geval serieus overwogen omdat er problemen waren in de relatie. Er kan daarom in dit onderzoek weinig worden gezegd over meiden met een lvb die ervoor hebben gekozen om de zwangerschap af te breken.
De grote rol die een (latente) kinderwens en een romantisch beeld van het moederschap spelen bij het ontstaan van een zwangerschap, vraagt om specifieke aanbevelingen als het gaat om preventie en begeleiding van meiden met een lvb. In het onderzoeksrapport zijn aanbevelingen voor zowel onderwijs als zorg geformuleerd waarbij de voorlichting en begeleiding beter omgaat met de kinderwens van meiden met een lvb. Ook het actiever betrekken van het sociale netwerk wordt hierin meegenomen. Meer herhaling en het bespreken van randvoorwaarden voor ouderschap en een goede timing voor het starten van een gezin, zijn belangrijke focuspunten voor beter passende preventie en begeleiding.