Wanneer iemand overlijdt, wordt de nalatenschap in eerste instantie verdeeld over diens echtgenoot/echtgenote en kinderen. De wet geeft hierbij uitdrukkelijk aan dat het gaat om personen die in ‘familierechtelijke betrekking’ tot de overledene stonden.
Door adoptie worden de familierechtelijke banden tussen het kind en de biologische familie verbroken. Het kind is daardoor juridisch kind van de adoptieouders geworden en zal daarom bij overlijden van hen erven (en vice versa). Het kind maakt dus geen aanspraak meer op een deel van de erfenis bij overlijden van één van de biologische ouders.
Door de herroeping van de adoptie herleven de familierechtelijke betrekkingen die voorafgaand aan de adoptie bestonden. Dit betekent dat het kind niet langer meer van rechtswege van de adoptiefouders erft en vice versa. Dit is slechts anders als hiervoor in het testament een aparte regeling is getroffen. Of het kind erfgenaam wordt van de biologische ouders hangt af van het op de nalatenschap van de biologische ouder toepasselijke (internationale) recht, dan wel een eventueel aanwezig testament.
Tarieven erfbelasting in Nederland
Ben je juridisch kind van je adoptieouders? Dan kun je alleen van je biologische ouders erven als zij jou hebben opgenomen in hun testament. Juridisch gezien ben je namelijk geen kind van je biologische ouders. Dit heeft gevolgen voor het tarief van de erfbelasting (het successierecht). De Belastingdienst slaat je aan volgens het hoogste tarief: ‘derde verkrijgers’. Dit betekent dat jij meer belasting betaalt over het deel dat aan jou wordt nagelaten, dan kinderen die niet ter adoptie zijn afgestaan.
In december 2011 heeft een geadopteerde hierover een klacht ingediend bij de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven. De man was direct na zijn geboorte ter adoptie afgestaan. In 2003 heeft hij zijn biologische moeder opgespoord en met haar een relatie opgebouwd. In 2009 overleed de biologische moeder en bleek dat zij haar zoon in haar testament voor de helft van de nalatenschap als erfgenaam had benoemd. De staatssecretaris van Financiën heeft in deze specifieke situatie besloten om de hardheidsclausule toe te passen. De man kreeg hierdoor dezelfde rechten toegewezen als een juridisch kind. Deze uitspraak is niet juridisch bindend. Het is geen wettelijke regeling of aanpassing van een wet. Wel moeten gelijke gevallen, gelijk behandeld worden. Lees voor de omstandigheden en de beslissing van de commissie het verslag.
Maatregelen die je kunt treffen ter vergroting van de kans om voor een lager tarief erfrechtbelasting in aanmerking te komen:
-
Vraag of je biologische vader of moeder een testament wil laten opmaken. Hierin moet zijn vastgelegd wat hij of zij aan jou (zijn of haar afgestane kind) na wil laten.
-
Als je biologische vader of moeder is overleden, doe je aangifte successierecht op basis van het tarief voor verwanten (kinderen).
-
Wanneer de inspecteur van de Belastingdienst dit niet accepteert, moet je tegen de (hogere) aanslag tijdig bezwaar maken. In dit bezwaar doe je beroep op de hardheidsclausule, zoals toegepast door de Commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven in haar uitspraak van 15 december 2011 (stukken Tweede Kamer der Staten Generaal, vergaderjaar 2011-1012 onder nummer 33030, nr. 9).
Let op: Of de staatssecretaris in jouw geval ook het tarief en de vrijstelling (die geldt voor (juridische) kinderen) toepast, hangt af van de situatie. Is jouw situatie gelijk/vergelijkbaar aan de situatie waarover de commissie in december 2011 heeft besloten? Dan is de staatssecretaris hiertoe verplicht. Ligt jouw situatie anders? Dan kun je om een beslissing vragen door een klacht in te dienen bij de commissie voor de Verzoekschriften en de Burgerinitiatieven.