08/01/2018

‘Wijs mij een kind aan dat niet vastgehouden wil worden. Als kinderen vallen en bijvoorbeeld pijn aan hun knie hebben, dan zoeken ze troost in de vorm van knuffelen of aangeraakt willen worden. Door de juiste aanraking van een empathische ouder of verzorger kan emotie loskomen en neemt de pijn af’, zegt cranio-sacraal therapeute Michelle van Aken-de la Bije.

In haar praktijk in Malden behandelt Michelle voornamelijk baby’s en jonge (adoptie)kinderen die erg onrustig zijn. Door zachte aanraking en door nauwkeurig te voelen, zoekt ze spanning in het lichaam op. Hiervoor gebruikt ze specifieke cranio-sacrale technieken. Met deze technieken is het mogelijk spanning in bindweefsel, achtergelaten door niet verwerkte pijn en emoties, te laten ontladen. “Wonderbaarlijk? Soms wel. Maar het werkt. Bij stressgerelateerde klachten uiten kinderen hun klachten vaak met onrust, huilen of gewoon niet lekker in hun vel zitten. Soms, als er meer aan de hand is, kan ik niks betekenen voor het kindje. Denk aan een medische oorzaak. Als er na twee behandelingen geen enkel effect is, dan verwijs ik door.”

Cranio-sacraal therapeuten werken lichaamsgericht met het bindweefsel als aangrijpingspunt. Volgens hen heeft het lichaam namelijk het vermogen om herinneringen aan alle emoties – paniek, stress, onrust – op te slaan in het bindweefsel. Met cranio-sacraal therapie is het mogelijk om die spanning los te laten zodat het kind (en natuurlijk ook volwassenen) weer ontspannen kan zijn en van daaruit een nieuwe beweging kan maken. Michelle: “In contact zijn met jezelf. Voelen dat je mag zijn wie je bent. Voelen wat je voelt. Trouw zijn aan jezelf. Dat wens ik voor ieder kind en dat is wat je met cranio-sacraal therapie hoopt te bereiken.”

Ouders aanwezig

Michelle is zo’n twintig jaar geleden begonnen met haar praktijk voor cranio-sacraal therapie. Door privéomstandigheden kwam ze in aanraking met ‘cranio’. “Toen mijn oudste zoon een jaar of vier was, is hij voor het eerst behandeld door een cranio-sacraal therapeut. Als baby huilde hij heel veel en was hij erg onrustig. Mijn zoontje had door een zware bevalling een heel moeilijke start gehad. Daardoor kon hij moeilijk ontspannen en rust vinden in zichzelf. Hij wilde voortdurend bij mij zijn. Eerlijk gezegd wist ik toen niks van cranio, niks van het emotionele lichaam. Maar de behandeling werkte uitstekend en ik ben me er een aantal jaren later zelf in gaan verdiepen.”

Momenteel werkt Michelle in haar praktijk voornamelijk met baby’s en kinderen. Ze start elke eerste afspraak met een uitgebreide intake. Afhankelijk van haar bevindingen verwijst ze door of ze vervolgt de behandeling met goed observeren en luisteren naar de bewegingen en het lichaam van het kind. Dat is een essentieel onderdeel van cranio-sacraal therapie. Daarna nodigt zij door middel van veilige en zachte cranio-sacrale technieken het kind uit zijn of haar verhaal te vertellen. Dat kan verbaal of non-verbaal zijn, afhankelijk van de leeftijd van het kind. Ouders zijn daarbij altijd aanwezig omdat de therapie uitgaat van het totale systeem. De ouders worden uitgenodigd om het verhaal te vertellen als het kindje het nog niet kan of als het er geen weet van heeft, maar het toch voelt.

Oude pijn uit verstoorde hechting

“Ik probeer een kind goed te laten voelen dat het nu veilig is”, zegt Michelle. “De eerste drie jaar van een leven zijn heel belangrijk, daarin zit de basis van de hechting. Bij een adoptiekind heeft in die periode vaak een scheiding plaatsgevonden. Dat kan ook later zijn geweest, maar dan weet het kind het en kan het kind het vaak zelf benoemen. Een jonger kind kan de gevoelens van onveiligheid op dat moment vaak niet uiten, maar wel voelen. De overlevingspatronen en de daaruit voortvloeiende gedragspatronen blijven in het lijf aanwezig en maken het moeilijk voor het kind zich aan te passen in het nieuwe adoptiegezin. Het kind neemt oude pijn uit een verstoorde hechting mee in de nieuwe situatie. Want wat denk je dat een kind voelt als het wordt achtergelaten? Ook al ligt het warm, en ook al kan het nog niet praten, het ervaart wel degelijk alles. Als er vervolgens een ‘vreemde’ komt die lief is, die hem omarmt, kan hij zich daar wel aan hechten maar dat wil niet zeggen dat het lichaam de gebeurtenissen die eraan vooraf zijn gegaan, spontaan vergeet. Die spanning blijft ergens in het bindweefsel opgeslagen zitten. Die spanning in het bindweefsel, daar ga ik naar op zoek.”

Michelle geeft een voorbeeld uit haar praktijk. “Er kwam hier een geadopteerd meisje van een jaar of zes. Ze had moeite om haar verdriet te laten zien en werd vaak boos terwijl ze eigenlijk verdrietig was. In haar gevoel was ze bang dat haar (adoptie)moeder haar niet meer lief zou vinden als ze zou huilen. Zij mocht van zichzelf niet huilen. Ze had al op jonge leeftijd een innerlijk besluit genomen: ‘Ik moet lief en een perfecte dochter zijn. Als ik huil, houdt mama niet van mij en dan doet zij mij misschien ook weg.”

“Om te beginnen heb ik contact met haar gemaakt via aanraken. Eerst legde ik mijn handen op haar arm, buik en hoofd. Ik verplaatste mijn handen en ging op zoek naar de plek met spanning. Vaak zie ik, als ik de spanningsplek nader, onrust of juist rust ontstaan in het lijf en in het gezichtje van het kind, of er is een emotionele reactie zoals huilen. Dat is een indicatie voor mij voor behandeling op die specifieke plaats. Met cranio-sacraal technieken kan ik de ‘pijn’ volgen en kan het lichaam een ‘release’ (loslating) ondergaan. Het lichaam laat de spanning namelijk los via beweging en/of door het uiten van emoties. Meestal heb ik daarvoor 3 of 4 behandelingen nodig. Daar zitten dan wel telkens tussenpozen van een week of vier tussen. Die periode heeft het kind nodig om een nieuw evenwicht te vinden.”

Nieuw gedrag na behandeling

Bij het meisje bleek, ook uit informatie uit gesprekken met de adoptieouders, dat ze intens bang was dat haar moeder weer weg zou gaan. Michelle: “Tijdens het behandelen voelde ik haar angst. Ik zag angstige ogen en voelde de spanning toenemen in haar lichaam. Maar het was niet deze moeder die haar eerder had verlaten. Deze moeder zal dat ook nooit doen. Dat wist ze wel, maar het gevoel dat ze is achtergelaten zat diep en had nooit woorden gekregen, omdat ze toen nog zo jong was. Die angst is destijds heftig geweest. Door de manier waarop ik tijdens de behandeling contact maakte met haar lijf, kwam ik tot de kern. Ze werd zich daardoor bewust dat de bange gevoelens die ze eerst voelde van toen waren en dat het in het heden niet meer nodig is om bang te zijn. Zo kon ze zelf gaan ervaren dat ze nu veilig is bij haar nieuwe mama. Het gedrag van toen was niet meer nodig en niet meer helpend in haar situatie nu. Na de behandeling reageerde ze met nieuw gedrag. Zo wilde ze weer heel klein zijn. Ze deed alsof ze weer een baby was. Ze wilde dat moeder haar zou dragen en op schoot nam. Dat heeft moeder gedaan. Zo kon ze zich opnieuw gaan hechten en daarin gezonde hechtingspatronen ontwikkelen.”

Bij adoptiekinderen met hechtingsstoornissen is het moeilijk om de onderliggende emoties te zien. Michelle: “Ze zijn nogal eens in zichzelf teruggetrokken en verstoppen vaak hun primaire emoties. Ze kunnen ook juist heel extravert zijn. Ze laten dan van alles zien, behalve dat waar het werkelijk om gaat. De diepe onderliggende pijn van afwijzing of eventuele andere trauma’s is onbewust en vaak moeilijk te bereiken, maar beïnvloedt wel hun huidige gedrag. Daarom let ik extra op de emotionele reactie bij de kinderen.”
Volgens Michelle helpt cranio-sacraal therapie bij allerlei klachten zoals slecht slapen, veel huilen, reflux, buikpijn, driftbuien, onverklaarbare hoofdpijn, verlatingsangst en onverklaarbaar verdriet en angst. “De klachten moeten spanningsgerelateerd zijn, want door het los te laten neemt de spanning af. Eigenlijk is cranio dan gewoon het volgen van wat het lichaam van een kind vertelt.”